Voorbereiding

Om een veilige narcose te kunnen geven, moet je nuchter zijn. Dat betekent dat je een periode voor de ingreep niet mag eten, drinken of roken.

Regels over nuchter blijven bij volwassenen

Vanaf middernacht de avond voor de ingreep: vast voedsel, niet-heldere vloeistoffen (bijv. melk, soep, fruitsap) en bruisdrank (bijv. spuitwater), tenzij je van de chirurg andere instructies kreeg.
Tot 2 uur voor de ingreep: heldere vloeistoffen: plat water, koffie of thee zonder melk, helder appelsap zonder pulp (maximaal 1 glas).
Tot 1 uur voor de ingreep: medicatie met een slok water.

Respecteer de regels over nuchter blijven. Als je dat niet doet, kan dat je leven in gevaar brengen en tot uitstel van de ingreep leiden.

Verloop

In de operatiezaal krijg je een infuus in je arm waarlangs de anesthesist slaapmiddelen, pijnstillers en eventueel spierontspanners inspuit. Zodra je slaapt, plaatst de anesthesist ook een buisje in je keel waarlangs je ademhaling tijdens de narcose wordt gecontroleerd. Je merkt niets van de operatie en je kan je er achteraf ook niets van herinneren.

Tijdens de operatie houdt de anesthesist voortdurend de diepte van de narcose en pijnstilling, je hartslag, ademhaling, lichaamstemperatuur, bloedverlies en werking van de organen in het oog en stuurt bij waar nodig.

Nazorg op recovery

Na de operatie ga je naar de uitslaapkamer, ook wel ‘ontwaakzaal’, ‘verkoever’ of ‘recovery’ genoemd. Onder de leiding van de anesthesisten houden gespecialiseerde verpleegkundigen je hartslag, bloeddruk en zuurstofgehalte in de gaten. Ze bekijken ook of verdere pijnstilling nodig is. Het verblijf in de ontwaakzaal varieert van een half uur tot enkele uren. Bij een grote operatie of als je zwaar ziek bent, opteert de anesthesist er soms voor om je meteen na de operatie naar de afdeling Intensieve zorg te brengen waar je eventueel vertraagd kan ontwaken en langer van dichtbij kan opgevolgd worden.

Je mag terug naar je kamer zodra je goed wakker bent, je conditie stabiel is en je pijn en misselijkheid onder controle zijn.

Aandachtspunten na een volledige verdoving

Laat je naar huis brengen door een verantwoordelijk persoon.
De dag van de volledige verdoving mag je geen voertuigen of machines bedienen.
Neem de dag van de volledige verdoving geen belangrijke beslissingen of onderteken geen belangrijke documenten.
Blijf tot de volgende ochtend onder toezicht van een volwassene.