Toetsingskamer

De toetsingskamer van de Commissie Medische Ethiek (CME) heeft een adviserende functie bij medisch wetenschappelijk onderzoek.

Over de toetsingskamer

Deadline indieningVergadering
26 januari 20246 februari 2024
23 februari 20245 maart 2024
15 maart 202426 maart 2024
26 april 20247 mei 2024
24 mei 20244 juni 2024
21 juni 20242 juli 2024
26 juli 20246 augustus 2024
23 augustus 20243 september 2024
20 september 20241 oktober 2024
25 oktober 20245 november 2024
22 november 20243 december 2024

Op de vergadering van de CME worden studies besproken die ten laatste 7 werkdagen voordien ingediend werden.

Het is belangrijk om een dossier volledig in te dienen. De checklist die telkens vooraan het aanvraagformulier beschikbaar is, dient als leidraad om het dossier correct samen te stellen. Gelieve ervoor te zorgen dat alle documenten uit de checklist aanwezig zijn alvorens het dossier in te dienen. Bijkomende informatie is per studie terug te vinden op de pagina Studiedossier samenstellen.

Onvolledige indieningsdossiers en studies die na de deadline toegestuurd worden, zullen verdaagd worden naar de volgende vergadering.

NaamFunctie
Dr. Hilde Deboiskamervoorzitter
Dr. Peter Vermeulenkamerondervoorzitter
Dr. Gert Colpin arts (Revalidatiecentrum RevArte)*
Dr. Peter Dielemanarts 
Dr. Elke Dierckxarts
Dr. Ines Joyearts
Jana VanderheydenKlinisch psycholoog
Youri Marynlogopedist
Mieke Van Vlierberghepatiëntvertegenwoordiger
Esther Franssenssecretariaat
Veerle Van der Stratensecretariaat
Amber Neefsverpleegkundige
Tine Maesverpleegkundige
An Wojtasikverpleegkundige
Wim Borghysapotheker
Steven Van Wortswinkelethicus
Sofie Grosemansjurist

Na de vergadering zal het advies van de CME via e-mail worden meegedeeld aan de ZAS-hoofdonderzoeker.

Als ZAS als lokale ethische commissie optreedt, zal ook de leidende ethische commissie op de hoogte gebracht worden van het advies. Als ZAS als centrale ethische commissie optreedt, zullen ook de eventuele lokale ethische commissies op de hoogte gebracht worden van het advies.

In het geval van een master- of bachelorproef zullen de student, de betrokken ZAS-begeleider en masterproeven@zas.be het advies ontvangen.

Studiedossier samenstellen

Als een commerciële opdrachtgever betrokken is bij de studie (zoals een farmaceutische firma), dan wordt de studie als commercieel beschouwd. Dat wordt vaak 'industrie gesponsord onderzoek' genoemd.

Interventioneel prospectief

Interventioneel onderzoek omvat elk onderzoek bij de mens (in de Wet inzake experimenten op de menselijke persoon van 7 mei 2004 een “proef” en “experiment” genoemd) waarbij afgeweken wordt van de normale standaarddiagnostiek of standaardtherapie.

Voorbeelden:

  • Een extra bloedafname
  • Een extra RX
  • Een geneesmiddel in een andere dosis of formulering toedienen, voor een andere indicatie, ...
  • Randomiseren van proefpersonen
  • Vragenlijsten buiten routineconsultatie of -ziekenhuisbezoek

Om een geldige aanvraag voor een commerciële studie in te dienen, gebruik je de checklist die je vooraan in ons aanvraagformulier terugvindt. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist moeten verplicht deel uitmaken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:

  • Begeleidend schrijven
  • Aanvraagformulier 
    Protocol
  • ICF
  • Andere patiëntgebonden documenten
  • CV van de onderzoeker
  • GCP-attest
  • GDPR-vragenlijst
  • Verzekeringsattest
  • Checklist
  • Facturatiegegevens
  • Lijst met ingediende documenten in Word-versie
  • Lijst deelnemende centra (indiening multicentrische studie)
  • Goedkeuring centraal EC (indiening multicentrische studie)

Download het aanvraagformulier voor een commerciële studie:

Als het een studie met medicijnen betreft, vereist de CME het gebruik van het ICF-formulier van het FAGG. Dat formulier kan je op hun website downloaden.

Niet-interventioneel prospectief (observationeel)

Bij niet-interventioneel onderzoek worden er enkel gezondheidsgegevens verzameld en/of vragenlijsten of een interview afgenomen die deel uitmaken van de standaardzorg. Er gebeurt bij de proefpersonen geen aanvullende interventie zoals bloedafname, inname (studie)medicatie, geen extra onderzoeken, ... (art. 2, 8e Wet 7 mei 2004)

Om een geldige aanvraag voor een commerciële studie in te dienen, gebruik je de checklist die je vooraan in ons aanvraagformulier terugvindt. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist moeten verplicht deel uitmaken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:

  • Begeleidend schrijven
  • Aanvraagformulier 
  • Protocol
  • ICF
  • Andere patiëntgebonden documenten
  • CV van de onderzoeker
  • GCP-attest
  • GDPR-vragenlijst
  • Verzekeringsattest
  • Checklist
  • Facturatiegegevens
  • Lijst met ingediende documenten in Word-versie
  • Lijst deelnemende centra (indiening multicentrische studie)
  • Goedkeuring centraal EC (indiening multicentrische studie)

Hier kan je het aanvraagformulier voor een commerciële studie downloaden:

Een onderzoek wordt als academisch bestempeld wanneer er sprake is van een niet-commerciële opdrachtgever zoals doctoraatstudenten, universiteiten, ziekenhuizen of wetenschappelijke fondsen.

Interventioneel prospectief

Intentioneel prospectief onderzoek omvat elk onderzoek bij de mens (in de Wet inzake experimenten op de menselijke persoon van 7 mei 2004 een “proef” en “experiment” genoemd) waarbij afgeweken wordt van de normale standaarddiagnostiek of standaardtherapie.

Voorbeelden:

  • Een extra bloedafname
  • Een extra RX
  • Een geneesmiddel in een andere dosis of formulering toedienen, voor een andere indicatie, ...
  • Randomiseren van proefpersonen
  • Vragenlijsten buiten routineconsultatie of -ziekenhuisbezoek

Om een geldige aanvraag voor een interventionele prospectieve studie in te dienen, gebruik je de checklist die je vooraan in ons aanvraagformulier terugvindt. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist moeten verplicht deel uitmaken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:

  • Begeleidend schrijven
  • Aanvraagformulier 
  • Protocol
  • ICF
  • Andere patiëntgebonden documenten
  • CV van de onderzoeker
  • GCP-attest
  • GDPR-vragenlijst
  • Verzekeringsattest
  • Checklist
  • Lijst met ingediende documenten in Word-versie
  • Lijst deelnemende centra (indiening multicentrische studie)
  • Goedkeuring centraal EC (indiening multicentrische studie)

Hier kan je het aanvraagformulier voor een interventioneel prospectieve academische studie downloaden:

Als het een studie met medicijnen betreft, vereist de CME GZA het gebruik van het ICF-formulier van het FAGG. Dat formulier kan je op hun website downloaden.

Niet-interventioneel prospectief (observationeel)

Bij niet-interventioneel prospectief (observationeel) onderzoek worden er enkel gezondheidsgegevens verzameld en/of vragenlijsten/interview afgenomen. Er gebeurt bij de proefpersonen geen aanvullende interventie zoals bloedafname, inname (studie)medicatie, geen extra onderzoeken, ... (art. 2, 8° Wet 7 mei 2004)

Om een geldige aanvraag voor een niet-interventionele prospectieve studie in te dienen, gebruik je de checklist die je vooraan in ons aanvraagformulier terugvindt. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist dienen verplicht deel uit te maken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:

  • Begeleidend schrijven
  • Aanvraagformulier 
  • Protocol
  • ICF
  • Andere patiëntgebonden documenten
  • CV van de onderzoeker
  • GCP-attest
  • GDPR-vragenlijst
  • Verzekeringsattest
  • Checklist
  • Lijst met ingediende documenten in Word-versie
  • Lijst deelnemende centra (indiening multicentrische studie)
  • Goedkeuring centraal EC (indiening multicentrische studie)

Hier kan je het aanvraagformulier voor een niet-interventioneel prospectieve academische studie downloaden:

Een retrospectieve studie is een studie gebaseerd op gegevens uit het verleden die al beschikbaar zijn in bestaande patiëntendossiers, medische dossiers of administratieve dossiers.

Retrospectieve studies vallen niet onder de Wet inzake experimenten op de menselijke persoon van 7 mei 2004, voor zover de studies op geen enkele wijze nieuwe gegevens met betrekking tot de patiënten worden bekomen. Bijgevolg is overeenkomstig die wet geen toestemming van de patiënt voor deelname aan de studie vereist.

De GDPR is daarentegen onverkort van toepassing. Het specifiek voor wetenschappelijk onderzoek verder verwerken van persoonsgegevens die verkregen werden in het kader van de medische behandeling, dient een doel dat overeenkomstig de GDPR verenigbaar is met het oorspronkelijke doeleinde van de medische behandeling. Om evenwel na te kunnen gaan of de beginselen inzake gegevensbescherming in het kader van de retrospectieve studie voldoende in acht worden genomen, wordt gevraagd om steeds een ingevulde GDPR-vragenlijst bij de aanvraag in te dienen.

Om een geldige aanvraag voor een retrospectieve studie in te dienen, gebruik je de checklist die je vooraan in ons aanvraagformulier terugvindt. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist dienen verplicht deel uit te maken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:

  • Begeleidend schrijven
  • Aanvraagformulier 
  • Protocol
  • CV van de onderzoeker
  • GDPR-vragenlijst
  • Checklist
  • Lijst met ingediende documenten in Word-versie
     

Download het aanvraagformulier voor een retrospectieve studie:

ZAS hecht veel belang aan wetenschappelijk onderzoek en staat open voor onderzoek in het kader van een bachelor- of masterproef.

Dossiers voor bachelor- en masterproeven moeten in eerste instantie ingediend worden via de website van het registratieloket. Het registratieloket zorgt voor de triage van je proef. Nadien zal de verantwoordelijke masterproeven het dossier kritisch bekijken en bespreken met de betrokken dienst. Via mail zal je een goedkeuring of weigering ontvangen. Die goedkeuring is een absolute vereiste en wordt als bijlage toegevoegd bij de indiening bij de Commissie Medische Ethiek.

Om een geldige aanvraag voor een bachelor/master studie in te dienen, gebruik je de checklist die je onderaan deze pagina kan downloaden. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist dienen verplicht deel uit te maken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:

  • Begeleidend schrijven
  • Aanvraagformulier GZA
  • Protocol
  • ICF: Voor het opstellen van het ICF (informed consent form) raden we je aan om dit sjabloon als leidraad te gebruiken. Verschillende instructies voor het schrijven worden in het document meegegeven.
  • Andere patiëntgebonden documenten
  • CV van de onderzoeker binnen GZA
  • GCP-attest van de onderzoeker binnen GZA
  • CV van de student
  • GDPR-vragenlijst
  • Verzekeringsattest
  • Checklist
  • Lijst met ingediende documenten in Word-versie
  • Lijst deelnemende centra (indiening multicentrische studie)
  • Goedkeuring centraal EC (enkel van toepassing als GZA wordt toegevoegd als lokale site aan een al lopende studie)
  • Goedkeuring van de betrokken dienst via masterproeven@gza.be

De Commissie Medische Ethiek vergadert maandelijks (zie vergaderdata hierboven). Hou er rekening mee dat je je dossier zeker tijdig indient.

Een vroegtijdige stopzetting, een uitgestelde start, geen start of een langere duur van een onderzoek in het kader van een bachelor- of masterproef moet je altijd melden bij de CME, de betrokken dienst, en bij masterproeven@zas.be.

Iedere bachelor- of masterproef die wordt uitgevoerd, wordt verder opgevolgd door de ZAS-begeleider. Na afronding bezorg je je eindwerk aan masterproeven@zas.be en ook aan de ZAS-begeleider als die daarom vraagt.

In het geval van een master- of bachelorproef zullen de student, de betrokken ZAS-begeleider en masterproeven@zas.be het advies van de Commissie Medische Ethiek ontvangen.

Download het ZAS-aanvraagformulier voor een bachelor- of masterscriptie:

Studiedossier indienen

Gebruik bij het samenstellen van je studiedossier steeds de meest recente versie van het aanvraagformulier dat je via onderstaande knoppen kan downloaden.

Vanaf 31 januari 2023 is het gebruik van CTIS (Clinical Trial Information System) verplicht voor alle initiële aanvragen van klinische proeven (studies met studiemedicatie – vroegere EudraCT studies) in de EU. De beoordeling hiervan gebeurt door het FAGG en een door hen aangeduide Ethische Commissie die bevoegd is voor de beoordeling van dergelijke klinische proeven. Het CT-College, een onafhankelijk orgaan, treedt op als coördinator tussen het FAGG en het betrokken CME. De CME heeft deze bevoegdheid niet en wordt ook niet langer mee op de hoogte gebracht van het definitieve advies geformuleerd door het FAGG en de aangeduide CME. De CME ontvangt enkel nog de melding dat de klinische proef werd gevalideerd.

Om te beantwoorden aan de geldende regelgeving heeft ZAS een CT-procedure opgestart. Na goedkeuring door de bevoegde autoriteiten en de aangeduide CME, moeten dergelijke studies door de sponsor/opdrachtgever worden geregistreerd in het ziekenhuisbrede registratieloket. Na registratie - en vóór inclusie van de eerste patiënt - dient zowel het protocol, het ICF en zeker het finaal advies van de bevoegde autoriteiten (FAGG) te worden overgemaakt aan de CME via gza.ec@zas.be.

Sinds 26 mei 2021 is ook de Europese Verordening 2017/745 met betrekking tot studies met medical devices van kracht. Hiervoor geldt een analoge werkwijze zoals voor klinische proeven zij het via het Europees platform (EUDAMED). Ook deze studies dienen door de sponsor/opdrachtgever, na goedkeuring door de bevoegde autoriteiten en de aangeduide CME, te worden geregistreerd in het ziekenhuisbrede registratieloket. Nadien dienen zowel het protocol, het ICF en zeker het finaal advies van de bevoegde autoriteiten (FAGG) te worden overgemaakt aan de CME via gza.ec@zas.be.

Elke studie (ook bachelor- en masterproeven) en elk projectvoorstel moet worden ingediend bij het registratieloket van ZAS en krijgt een automatisch gegeneerd registratienummer dat verplicht dient gebruikt te worden in elke verdere communicatie. 

Alle documenten die aan de Commissie Medische Ethiek (CME) bezorgd worden, verstuur je digitaal. Onderstaande voorwaarden gelden voor alle indieningsdossiers:

  • Elk document moet in een individuele Word of PDF-file bezorgd worden.
  • De documenten dienen een correcte naam en bijhorende versienummer te hebben.
  • Alle documenten dienen in één mail bezorgd te worden.
  • De documentnaam mag enkel letters, cijfers en – bevatten. Er mogen geen speciale tekens gebruikt worden.
  • Op alle documenten moeten paginanummers voorzien worden.

De digitale indiening kan gebeuren via Eudralink of e-mail op gza.ec@zas.be.

Na ontvangst van het indieningsdossier kijkt de CME het ingezonden dossier na op volledigheid. Indien de studie ontvankelijk verklaard wordt, krijgt de onderzoeker een bevestiging via e-mail. Indien het dossier onvolledig blijkt, wordt dit zo snel mogelijk teruggekoppeld aan de onderzoeker.

Op de vergadering van de CME worden studies besproken die ten laatste 7 werkdagen voordien ingediend werden. Het is belangrijk om een dossier volledig in te dienen. De checklist die telkens vooraan het aanvraagformulier beschikbaar is, dient als leidraad om het dossier correct samen te stellen. Gelieve ervoor te zorgen dat alle documenten uit de checklist aanwezig zijn alvorens het dossier in te dienen.

Onvolledige indieningsdossiers en studies die na de deadline toegestuurd worden, zullen verdaagd worden naar de volgende vergadering.

De vergader- en indieningsdata zijn terug te vinden bij Vergadermodaliteiten.

De bijdragen voor de Ethische Commissie zijn wettelijk bepaald volgens het KB van 15 juli 2004 en worden jaarlijks geïndexeerd.

INTERVENTIONEEL2023
Aanvraag om advies van het ethisch comité in het kader van een monocentrisch experiment1556,06
Aanvraag om een advies van het ethisch comité dat bevoegd is voor het uitbrengen van het enkel advies in het kader van een multicentrisch experiment1556,06
Tussenkomst van het/de andere betrokken ethisch(e) comité(s) verbonden aan de locaties waar het experiment zou plaatsvinden indien dit zou doorgaan466,83
Aanvraag om advies van het ethisch comité bij amendement389,01
NIET-INTERVENTIONEEL2023
Aanvraag om advies van het ethisch comité in het kader van een monocentrisch experiment622,42
Aanvraag om een advies van het ethisch comité dat bevoegd is voor het uitbrengen van het enkel advies in het kader van een multicentrisch experiment622,42
Tussenkomst van het/de andere betrokken ethisch(e) comité(s) verbonden aan de locaties waar het experiment zou plaatsvinden indien dit zou doorgaan155,63
Aanvraag om advies van het ethisch comité bij amendement155,63

Gelieve bij een commerciële studie de volgende gegevens aan de Commissie Medische Ethiek (CME) te bezorgen:

  • Facturatie-adres (bij voorkeur een adres in België)
  • Naam contactpersoon
  • PO-nummer (Purchase Order), indien van toepassing
  • Btw-nummer

Bovenstaande gegevens kunnen in het aanvraagformulier aangevuld worden. De financiële dienst van de ZAS-campus(sen) zal op basis van de doorgegeven details in het aanvraagformulier een factuur opmaken. Betaling kan enkel na ontvangst van deze factuur.

Lopende studies

Substantiële amendementen

Wanneer de CME bevoegd is voor het enkel advies (bij een monocentrische of multicentrische studie), moeten substantiële amendementen voor advies worden voorgelegd. De CME bezorgt haar advies aan de hoofdonderzoeker. Indien het een multicentrische studie betreft, worden ook de lokale commissies medische ethiek geïnformeerd over het advies. (art. 19 §1 Wet van 7 mei 2004 )

Een amendement kan slechts goedgekeurd worden indien:

  • De CME reeds een gunstig advies formuleerde over het initiële protocol.
  • Een jaarlijks vorderingsrapport werd ingediend (vanaf datum goedkeuring CME). Indien de studie niet binnen het jaar beëindigd is, vereist ICH-GCP namelijk dat een jaarlijks vorderingsrapport wordt bezorgd aan CME. Download het template voor dit rapport.

Er zijn twee soorten amendementen die kunnen worden ingediend, nl. inhoudelijk substantiële elementen (wijzigingen in ICF of protocol) en deelname van bijkomende centra aan een eerder goedgekeurd onderzoek. De vraag om toevoeging van bijkomende centra dient te worden gesteld door de onderzoeker of de opdrachtgever. Een toevoeging van site kan ten vroegste 3 maanden na de initiële goedkeuring ingediend worden.

Hou er ook rekening mee dat alle centra die aan een bepaalde studie deelnemen over identieke, finaal goedgekeurde (versies van) documenten moeten beschikken.

De CME vraagt de PI om steeds de meest recente documenten aan de commissie te bezorgen.

Welke documenten dien je in?

Om een geldige aanvraag voor een substantieel amendement in te dienen, moeten onderstaande documenten verplicht aanwezig zijn in het indieningsdossier:

  • Begeleidend schrijven: Deze begeleidende brief vormt een essentieel onderdeel van de indiening van een amendement en moet een korte beschrijving van de wijzigingen/reden van het amendement bevatten.
  • Substantial Amendment Notification Form: Indien de initiële studie een EudraCT-nummer heeft, moet het Substantial Amendment Notification Form ingevuld en toegevoegd worden.
  • Gewijzigde documenten: In de documenten waarin wijzigingen voorkomen (vb. protocol, ICF, Investigator’s Brochure, …) moet de aanduiding van deze wijzigingen duidelijk gebeuren door middel van track changes of highlight. Gewijzigde documenten moeten voorzien worden van nieuw versienummer en nieuwe versiedatum.
  • Facturatiegegevens: Betalingsgegevens op basis waarvan de factuur opgemaakt zal worden (indien van toepassing). We verwijzen hiervoor ook naar onze richtlijnen bij Betaling.

Hoe dien je in?

Uitsluitend elektronische indiening via Eudralink of e-mail op ec@gza.be. We verwijzen hiervoor ook naar onze richtlijnen Hoe indienen.

Niet-substantiële amendementen

Niet-substantiële amendementen worden ingediend ter notificatie en niet ter goedkeuring. Deze moeten wel worden ingediend met het volgend substantieel amendement.

Voorbeelden:

  • vertaling van het reeds ingediend document
  • kleine verduidelijkingen in het protocol
  • correctie van tikfouten
  • verandering in de documentatie die het onderzoeksteam gebruikt voor het vastleggen van de onderzoeksgegevens (bv. Casusformulier of gegevensverzamelformulier)

Afhankelijk van het type onderzoek kunnen tijdens het onderzoek ongewenste voorvallen zoals SAE’s, SUSAR’s en SADE’s plaatsvinden. Op deze pagina staan de definities van SAE’s, SUSAR’s en SADE’s.

Daarnaast kunnen protocol violations/deviatons plaatsvinden. Wanneer de veiligheid van patiënten door een dergelijke protocol violation/deviation (mogelijks) in het gevaar kwam/komt, dient dit onmiddellijk gemeld te worden aan het CME.

Zo de veiligheid van de patiënt niet (mogelijks) in het gevaar komt, volstaat het om deze protocol violations/deviations op te nemen in het jaarlijks veiligheidsrapport of voortgangsrapport.

SAE

SAE is de afkorting van Serious Adverse Event. Dit betekent een ernstig ongewenst voorval (art. 2, 10° Wet van 7 mei 2004). Een SAE is een ongewenst medisch voorval bij een patiënt of proefpersoon dat niet noodzakelijk een oorzakelijk verband heeft met de behandeling en dat:

  • dodelijk is, en/of
  • levensgevaar oplevert voor de proefpersoon, en/of
  • opname in een ziekenhuis of verlenging van de opname noodzakelijk maakt, en/of
  • blijvende of significante invaliditeit of arbeidsongeschiktheid veroorzaakt, en/of
  • zich uit in een aangeboren afwijking of misvorming, en/of
  • zich, naar het oordeel van degene die het wetenschappelijk onderzoek uitvoert, zou hebben kunnen ontwikkelen tot een ernstig ongewenst voorval, maar waarbij dit ernstig ongewenst voorval zich als gevolg van ingrijpen niet heeft verwezenlijkt.
     

De onderzoeker rapporteert schriftelijk alle SAE’s onmiddellijk aan de opdrachtgever. (art. 28 §1 Wet van 7 mei 2004)

SAR/SUSAR

Als in een geneesmiddelenonderzoek een SAE bij een proefpersoon optreedt, kan er sprake zijn van een SAR of een SUSAR. SAR is de afkorting van Serious Adverse Reaction, dit betekent een ernstige bijwerking. SUSAR is de afkorting van Suspected Unexpected Serious Adverse Reaction, zijnde elke verdachte en onverwachte ernstige bijwerking met betrekking tot een geneesmiddel voor onderzoek. (Omzendbrief nr. 586 FAGG)

Er is sprake van een ernstige bijwerking (SAR) als er een zekere mate van waarschijnlijkheid is dat het ernstig ongewenste voorval (SAE) een schadelijke en niet-gewenste reactie is op het onderzoeksgeneesmiddel, ongeacht de toegediende dosis. (art. 2, 10° Wet van 7 mei 2004)

Als de ernstige bijwerking (SAR) onverwacht is spreekt men van een vermoeden van een onverwachte ernstige bijwerking (SUSAR). ’Onverwacht’ wil in dit geval zeggen dat de aard en de ernst (severity) van de ernstige bijwerking niet overeenkomen met de referentie veiligheidsinformatie (RSI - reference safety information) zoals deze is opgenomen in de SPC-tekst of Investigator's Brochure.

Een SUSAR die fataal of levensbedreigend is, dient de opdrachtgever te melden aan het CME uiterlijk binnen de 7 kalenderdagen nadat hij van het geval kennis heeft gekregen. Alle relevante bijkomende informatie moet de opdrachtgever binnen bijkomende 8 kalenderdagen melden. Alle andere SUSAR’s moeten gemeld worden binnen de 15 kalenderdagen (art. 28, §1 Wet van 7 mei 2004) Een bijkomende zesmaandelijkse opsomming van alle SUSAR’s is bijgevolg niet nodig. Tevens is het formaat van de indiening naar het bevoegd comité niet vastgelegd.

Naast het CME dient de opdrachtgever tevens de andere onderzoekers te informeren. Die informatie dient beknopt en praktisch bruikbaar te zijn. Deze zal bestaan uit overzichtslijsten van SUSAR’s vergezeld van een beknopte samenvatting van de evolutie van het veiligheidsprofiel. De opdrachtgever bepaalt de periodiciteit van deze overzichtslijsten in functie van de klinische ontwikkeling en het volume SUSAR’s. (Omzendbrief nr. 586 FAGG)

SADE

Als in een onderzoek met een medisch hulpmiddel een SAE bij een proefpersoon optreedt, kan er sprake zijn van een SADE. SADE is de afkorting van Serious Adverse Device Effect. In het Nederlands betekent dit een ernstige bijwerking van een medisch hulpmiddel.

De opdrachtgever rapporteert inzake SADE’s volgende zaken:

  • elk ernstig ongewenst voorval dat een oorzakelijk verband heeft met het hulpmiddel voor onderzoek of waar dergelijk verband redelijkerwijs mogelijk is.
  • elk gebrek van het hulpmiddel dat had kunnen leiden tot een ernstig ongewenst voorval  als geen passende actie werd ondernomen
  • alle nieuwe bevindingen in verband met de twee hierboven vernoemde voorvallen
     

De termijn voor de rapportage houdt rekening met de ernst van het voorval.

(Art. 80 Medical Device Regulation van 5 april 2017)

DSUR

Development Safety Update Report.

Eenmaal per jaar verstrekt de opdrachtgever aan het EC en het FAGG een lijst van alle vermoedens van ernstige bijwerkingen die zich in die periode hebben voorgedaan evenals een rapport betreffende de veiligheid van de deelnemers. (art. 28 §2 Wet van 7 mei 2004)

Het hoofddoel van een DSUR is om de veiligheid van het onderzoek te controleren en te evalueren zodat deelnemer zo veel mogelijk beschermd wordt.

Naast de rapportering van de vermoedelijke onverwachte ernstige bijwerkingen (DSUR) moet men tevens alle onverwachte voorvallen die de veiligheid van de deelnemers in gevaar zouden kunnen brengen, melden aan het centraal EC en FAGG. In sommige gevallen moet men eerst een aanvraag tot amendement indienen alvorens het onderzoek terug op te starten.

Indien een studie langer dan een jaar duurt (vanaf datum goedkeuring CME), vereist ICH-GCP dat een jaarlijks veiligheidsrapport of voortgangsrapport wordt opgesteld in DSUR-formaat en jaarlijks ter rapportering voorgelegd aan het FAGG en het EC bevoegd voor het enkel advies.

Er is een template beschikbaar die gebruikt kan worden voor het opstellen van het veiligheidsrapport.

Stel je zelf een veiligheidsrapport samen, dan moet het document minstens volgende gegevens bevatten:

Het aantal patiënten dat

  • Gescreend werd
  • Gerandomiseerd werd
  • Vroegtijdig gestopt is met de studiemedicatie/ dat vroegtijdig de studie heeft verlaten
  • Overleden is
  • De studie beëindigd heeft
  • In follow-up is

Een lijst van

  • Alle ingediende amendementen en notificaties gedurende dit jaar
  • SAE, SAR en SUSAR
  • Protocol violations/deviations
     

Datum van indienen van een update van het verzekeringscertificaat met vermelding van de vervaldatum van dit certificaat.
Einddatum van inclusie, indien van toepassing
Voorziene einddatum van de studie

Hoe dien je het rapport in?

Uitsluitend elektronische indiening via Eudralink of e-mail op gza.ec@zas.be. We verwijzen hiervoor ook naar onze richtlijnen Hoe indienen.

Bij het afsluiten van een studie wordt een begeleidend schrijven opgemaakt met volgende informatie:

  • afsluiten van inclusie van proefpersonen (op lokaal niveau of in alle deelnemende centra), laatste bezoek van laatste patiënt (op lokaal niveau of in alle deelnemende centra), enz…
  • duidelijke vermelding van welk onderzoekscentrum sluit
  • of het onderzoek al dan niet vroegtijdig wordt afgesloten (met opgave van reden indien vroegtijdig)

Gelieve ons binnen het jaar na het stopzetten van de studie, een Clinical Study Report met hierin een samenvatting van de resultaten aan de CME te bezorgen.

Hoe indienen?

Uitsluitend elektronische indiening via Eudralink, e-mail of CD-rom. We verwijzen hiervoor ook richtlijnen Hoe indienen.

Compassionate use / medical need / case report

De wet op de geneesmiddelen van 25 maart 1964 beschrijft hoe geneesmiddelen die niet zijn toegelaten in België (of enkel toegelaten zijn voor verschillende indicaties), toch onder bepaalde voorwaarden aan patiënten kunnen worden verstrekt. (Art. 6quater §1)

De CME verleent een gemotiveerd advies over:

  • de ethische toelaatbaarheid van het programma;
  • de inlichtingen die aan de patiënt verstrekt worden met het oog op het verlenen van diens schriftelijke toestemming.
     

Voor de te volgen procedures verwijzen we naar art. 106-109 van het KB van 14 december 2006 betreffende geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik.

Voor niet-geautoriseerde geneesmiddelen kan dit gedaan worden uit mededogen (“compassionate use”) voor een groep patiënten met een chronische of ernstig invaliderende ziekte of van wie de ziekte kan worden beschouwd als levensbedreigend en die niet voldoende kunnen worden behandeld door een reeds toegelaten geneesmiddel. Het betreffende geneesmiddel moet ofwel het voorwerp uitmaken van een aanvraag voor een vergunning voor het in de handel brengen via de gecentraliseerde procedure (cfr. artikel 6 van Verordening 726/2004) of klinische proeven moeten ondergaan voor de gerelateerde indicatie.

Voor producten die in België zijn toegelaten, kan dit worden gedaan in gevallen waarin een patiënt een chronische ziekte heeft, een ziekte met een ernstige impact of een levensbedreigende ziekte waarvoor niet bevredigend kan worden behandeld een product dat voor deze indicatie is toegelaten (en in de handel verkrijgbaar) in België (“medical need”) programma's nodig hebben ”). Aanvullende voorwaarden zijn:

  • een verzoek om autorisatie voor de indicatie in kwestie moet in behandeling zijn
  • of de indicatie is reeds goedgekeurd, maar het product is nog niet in de handel verkrijgbaar
  • of er zijn klinische onderzoeken gaande voor deze indicatie of klinische onderzoeken hebben de relevantie bewezen van het gebruik van het geneesmiddel bij de beoogde indicatie.

Per programma kan slechts één indicatie worden goedgekeurd.

In beide gevallen geeft de CME een advies nadat het verzoek is ingediend bij het FAGG.

Case report

Een case report is een gedetailleerd verslag van de diagnose, behandeling en/of follow-up van een individuele patiënt. Case reports bevatten ook enige demografische informatie over de patiënt (persoonsgegevens bv. leeftijd, geslacht, etnische afkomst …) Aangezien vele tijdschriften een EC-advies vragen voor case reports, raden we aan deze in te dienen bij de Commissie Medische Ethiek (gza.ec@zas.be).

Gelieve naast het ICF (zonder naam van de patiënt) ook een korte toelichting (begeleidende brief) van de case report mee te sturen. Het ICF kan pas na indiening en goedkeuring door het CME door de patiënt worden ondertekend.

ICF template voor een case report

Paper

Verschillende gerenommeerde klinische tijdschriften vereisen een advies van een Ethische Commissie voor de publicatie van een paper. Om het advies te bekomen van de Commissie Medische Ethiek dient u de paper te bezorgen aan gza.ec@zas.be. Het document dient minstens volgende elementen te bevatten:

  1. Helder gedefinieerd doel/wetenschappelijke rationale
  2. Grondig gepland onderzoeksontwerp
  3. Gedetailleerd beschreven onderzoeksproces en datamanagement
  4. Mogelijke beperkingen
  5. Adequate analyse
  6. Ondubbelzinnige gepresenteerde bevindingen
  7. Gerechtvaardigde conclusies

Onderzoek op lichaamsmateriaal 

In België is het bij wet verplicht om menselijk lichaamsmateriaal, afgenomen of beschikbaar gesteld voor wetenschappelijk onderzoek, te registreren in een erkende biobank. Enkel zo'n biobank mag het menselijk lichaamsmateriaal vrijgeven voor wetenschappelijk onderzoek. De gegevens over het materiaal en de donor zijn gecodeerd.

De schriftelijke overeenkomst tussen de onderzoeker en de biobank bevat ten minste (art. 10 §1 KB inzake biobanken van 9 januari 2018):

  • het voorwerp van het wetenschappelijk onderzoek waarvoor het menselijk lichaamsmateriaal ter beschikking wordt gesteld,
  • de verantwoordelijkheden inzake het verzekeren van de traceerbaarheid,
  • de omschrijving van de gepaste technische en organisatorische maatregelen in geval persoonsgegevens (uit het medisch dossier van de donor) worden meegedeeld door een biobank,
  • een gecodeerde kopie van het toestemmingsformulier van de donor als de biobank persoonsgegevens meedeelt aan een andere biobank.

De schriftelijke overeenkomst kan tevens de vorm aannemen van een schriftelijke kaderovereenkomst indien aan bijkomende voorwaarden is voldaan. (art. 10 §2 KB inzake biobanken van 9 januari 2018).

Documenten die deel dienen uit te maken van het indieningsdossier:

  • Aanvraagformulier
  • Studie-protocol
  • CTC-aanvraagformulier
  • Een model van het “Informed consent (geïnformeerde toestemming) ”-formulier (indien vereist)

Uitsluitend elektronische indiening via Eudralink of e-mail op gza.ec@zas.be. We verwijzen hiervoor ook naar onze richtlijnen 'Studiedossier indienen'. 

De ethische commissie speelt hier een belangrijke rol aangezien het voor elk gebruik van menselijk lichaamsmateriaal voor wetenschappelijk onderzoek een positief advies moet verlenen. Het gunstige advies is niet vereist indien het gebruik binnen de doelstellingen van de biobank valt en in het geval dat over deze doelstellingen reeds een gunstig advies is verstrekt.

De wetgever heeft echter niet gespecifieerd waarop dit advies betrekking moet hebben en heeft dit overgelaten aan de ethische commissie zelf. Enkel inzake het secundair gebruik van menselijk lichaamsmateriaal stelt de wetgever een aantal minimumvoorwaarden aan het advies. Het EC bespreekt eerst of het secundair gebruik nuttig en maatschappelijk relevant is. Nadien wordt nagegaan of de (secundaire) toestemming van de donor volstaat om dit secundaire gebruik te verantwoorden. Deze toestemming dient voldoende specifiek te zijn en de informatie die aan de donor wordt verstrekt, moet voldoende zijn om te kunnen spreken van een “informed consent”. (art. 21  Wet op Menselijk Lichaamsmateriaal van 19 december 2008)

De ethische commissie beoordeelt in beginsel zowel de opportuniteit van het te verrichten onderzoek als de bescherming van de rechten van de donor.