Gedeeltelijke verdoving

Bij een gedeeltelijke verdoving blijf je bij bewustzijn. Als je dat wenst, kan je wel een slaapmiddeltje krijgen om tijdens de ingreep wat te soezen. De operatie gebeurt achter een operatiescherm zodat je daar niets van ziet.

Mogelijke hulpmiddelen om je te helpen ontspannen tijdens de ingreep zijn een koptelefoon met muziek, een virtual-reality-bril voor aandachtscontrole of bepaalde medicijnen. Niet elk hulpmiddel is op elke site beschikbaar.

Het voordeel bij een gedeeltelijke verdoving is dat de plaatselijke pijnbestrijding na de operatie nog een tijd blijft werken, dat je je niet suf voelt en dat de kans kleiner is dat je je misselijk voelt.

De anesthesist spuit in de buurt van een zenuwbaan een verdovingsmiddel in om die te blokkeren. Vaak lopen de pijnzenuwen samen met de zenuwen die je spieren laten werken. Die worden ook mee verdoofd. Dat kan tijdelijk leiden tot krachtverlies van je spieren.

Gedeeltelijke verdovingen worden uitsluitend uitgevoerd door anesthesisten die daarvoor speciaal opgeleid zijn. Ze gebeuren onder bewaking, in de operatiezaal. 

Soorten gedeeltelijke verdoving

Er bestaan drie technieken:

1. epidurale verdoving
2. plexusverdoving
3. spinale verdoving