banner website

Totale heupprothese

kunstheup
Bij een totale heupprothese vervangt de arts het gewricht in je heup door een kunstversie.

Zo werkt je heup

Je heupgewricht bestaat uit het bekken (een kom) en het bovenbeen (een kop). Zowel de kom als de kop zijn bekleed met kraakbeen. Dankzij dat gladde laagje kan de kop soepel ronddraaien in de kom. 

Waarom een prothese?

De meest voorkomende reden voor een prothese is artrose: verminderd kraakbeen. Als het kraakbeenlaagje in het heupgewricht versleten of beschadigd is, wordt bewegen stroef en pijnlijk. De arts probeert dan meestal eerst een behandeling zonder operatie, zoals rust, pijnstillers of kinesitherapie. Is dat niet voldoende? Dan kan het nodig zijn om het heupgewricht te vervangen. 

Een totale heupprothese

Een totale heupprothese is de meest voorkomende vorm. Hierbij vervangen we zowel de kom als de kop van het heupgewricht. Die kunstheup bestaat uit 3 grote onderdelen:

  • De heupkop: een nieuwe bol die perfect in de kom past.
  • De heupkom: een nieuwe kom waarin de bol soepel kan draaien.
  • De steel waarop de bol vastzit. Die zetten we vast in je dijbeen.
     

Ter info: er bestaan ook andere soorten heupprothese

  • Een halve heupprothese: dan wordt alleen de kop van het heupgewricht vervangen, omdat de kom nog intact is.
  • Een kortesteelprothese: een minder ingrijpende prothese. Die wordt meestal gebruikt bij jonge, actieve patiënten met goede botkwaliteit.
  • Heup-resurfacing: ook gekend als een sportheup. Bij deze techniek geven we de kop en kom een nieuwe beschermlaag in plaats van ze helemaal te vervangen. 
     

De voorbereiding

Breng je ziekenfonds en hospitalisatieverzekering op de hoogte van je opname.

Wij verwittigen je huisarts. Als je dat wil, kan je een extra consultatie met je arts aanvragen om de ingreep te bespreken. Informeer eventueel al bij je dokter naar een kinesist in de buurt om je bij te staan tijdens de revalidatie.

De eerste nacht na de ingreep slaap je op je rug. Ben je dat niet gewend? Dan kan je er nu alvast op oefenen.

Vraag iemand om je naar het ziekenhuis en terug te vervoeren. Een gewone personenwagen is prima. Zet de zetel ver genoeg naar achteren voor een comfortabele zithouding.

Heb je thuis niemand om je te helpen? Informeer je dan over thuisverpleging of een huishoudhulp. De sociale dienst kan je daarbij helpen.

Haal spullen weg waarover je kan vallen, zoals kabels en tapijten. Verhoog eventueel je bed en je wc-bril.

Vraag hiervoor advies aan je arts, je kinesist of een ergotherapeut.

Breng dit mee naar het ziekenhuis

  • de resultaten van je onderzoeken;
  • een overzicht van de medicatie die je neemt;
  • je krukken;
  • comfortabele kledij, bijvoorbeeld een trainingspak;
  • stabiele schoenen zonder veters of hak.

De dag van de operatie

  • Je moet nuchter zijn voor de ingreep. Je arts vertelt je wanneer je voor de laatste keer mag eten of drinken.
  • Je meldt je aan in het ziekenhuis op het afgesproken tijdstip.
  • In de voorbereidingsruimte overlopen we een vragenlijst.
  • Daarna brengen we je naar de operatiekamer, waar je de anesthesist ontmoet.

De verdoving

Bij het plaatsen van een totale heupprothese zijn er verschillende soorten anesthesie mogelijk. Ze worden vaak in combinatie gebruikt. De anesthesist zal met jou de voor- en nadelen bespreken voor je ingreep. 

  • algemene verdoving: we brengen je volledig in slaap.
  • spinale verdoving: de anesthesist verdooft de onderste helft van je lichaam.
  • epidurale verdoving: een medicijn blokkeert de pijnprikkels naar de hersenen.

De ingreep

De arts verwijdert de heupkop, samen met het resterende kraakbeen.

We plaatsen een nieuwe heupkom. In het bovenbeen plaatsen we de metalen steel met daarop de nieuwe bol die perfect in de kom past.  

Er zijn verschillende manieren om de onderdelen vast te zetten: met of zonder betoncement. Je arts vertelt je meer over de voor- en nadelen.  

Revalidatie

De dag van de ingreep of de dag erna starten we met oefeningen. Eerst beweeg je nog in bed, daarna oefenen we met stappen. In het begin steun je op een looprek of 2 krukken, daarna nog op 1 kruk.

Het is de bedoeling dat je rond de 5e dag naar huis kan. De exacte ontslagdatum hangt af van de evolutie van je herstel. 

Normaalgezien stap je bij het ontslag nog met 1 kruk. We raden je aan om 6 weken je kruk te blijven gebruiken. Je mag trappen lopen.

Als dat nodig is, kan je na ontslag uit het ziekenhuis de kinesitherapie nog verderzetten: thuis, in een revalidatiecentrum of ambulant in het ziekenhuis. Je krijgt hiervoor een voorschrift mee. 

De eerste 6 weken na de ingreep kan je nog last hebben van pijn en zwelling. 2 maanden na de operatie voel je je doorgaans goed. Tot ruim een jaar na de ingreep kan je nog verbetering ondervinden.

Ongeveer 6 weken na je ingreep kom je terug op controle bij de chirurg. 

Complicaties

95% van de ingrepen verloopt goed en blijft zo voor een periode van 15 tot 20 jaar. Toch zijn complicaties mogelijk bij elke ingreep. Die kunnen optreden meteen na de operatie maar ook vele jaren erna. Overloop ze gerust met je arts en stel bijkomende vragen als er iets niet duidelijk is.  

  • een infectie
  • een ontwrichting (luxatie)
  • een trombose (bloedklonter)
  • zenuwletsel
  • pijn
  • bloeding
  • minder spierkracht
  • zwelling
  • verschil in beenlengte 
  • een breuk rond de prothese 
  • kalk- en botvorming 

Stel gerust je vragen

Voor de meeste patiënten weegt het voordeel van pijnvrijheid en herwinnen van de mobiliteit niet op tegen het kleine risico op verwikkelingen. Toch is het normaal dat je bezorgdheden hebt. Stel dus gerust vragen aan je arts. Wat vanzelfsprekend is voor ons, is dat misschien niet voor jou. 

Laatst bijgewerkt op 11/03/2025
1 - 2 van 2